Helgoland

We zouden twee dagen op Helgoland blijven maar dat zijn er vijf geworden vanwege slechte weerberichten. En inderdaad dag drie begon het heel hard te waaien; zuid daarna west windkracht 7 en 8-9 in buien. Niet goed om de Elbe op te varen, helemaal niet goed om de Eider op te varen en over de Noordzee naar het noorden ook niet. Niet erg, ons vorige bezoek aan Helgoland was heel kort en we hadden ons zelf voorgenomen het eiland nu eens goed te bekijken. Helgoland is geologisch gezien heel interessant. Er komen hier lagen naar boven die in onze bodem 3 tot 4000 meter diep zitten. Door beweging van de aardschollen heeft het zout 65 miljoen jaar geleden de bovenliggende lagen omhooggeduwd en een breuk veroorzaakt met een helling van 20 graden. Er ontstond zo een gebergte in de Duitse bocht van 30km2 wat later weer afgevlakt is door de ijstijd. Tot 1721 was Helgoland 1 eiland met een rood klif (bontzandsteen) en een wit klif(krijtgesteente). De Witte Klif is met een stormvloed in 1721 verdwenen en heeft het eiland in tweeën gedeeld. Er is nu nog Helgoland en Dunen, het witte klif lag op Dunen . In het museum vonden we info dat een medeoorzaak van het verdwijnen van het kalk de ontginning/ export hiervan is geweest voor de bouw in die tijd.
De eerste dag zijn we Helgoland rondgelopen. Het dorp is verdeeld in het Unterland en het Oberland. Je komt met een trap of lift van de een naar de ander. Verrassend waren aan de oostkant van het eiland alle volkstuintjes, zagen er prima uit, mooie aardappelen, groentes en fruit. Niet gedacht in zo’n zoute omgeving. Buiten het dorp loop je langs de kliffen, het oppervlak van Helgoland zit vol bomkraters en is daardoor heuvelachtig, oorspronkelijk was het eiland aan de bovenkant vlak. In beide wereldoorlogen is de bevolking geëvacueerd geweest en is het dorp volledig plat gegooid. Na de tweede wereldoorlog hebben de Engelsen geprobeerd Helgoland volledig te vernietigen, maar door het absorberende vermogen van het bontzandsteen is dat niet gelukt. Er zijn daarna protesten gekomen en het eiland is bezet geweest door studenten. In 1952 zijn de Helgolanders teruggekeerd en is het dorp weer opgebouwd. Helgoland heeft geleefd van visserij, loodswezen voor de Duitse bocht maar ook van handel en ook vroeger al toerisme. Tegenwoordig belastingvrije handel en toerisme. Dagelijks komen hier een 4 tal schepen uit Duitsland met dagjes mensen die belastingvrij inkopen doen en weer vertrekken. Aan de noordwestkant van het eiland is een natuurgebied waar duizenden vogels broeden. Je kunt hier vrij dichtbij komen en het is prachtig om te zien hoe de verschillende vogelsoorten op hun eigen richels zitten te broeden met de Jan van genten helemaal bovenaan. De tweede dag zouden we het museum bezoeken, maar we waren te laat, gaat drie uur dicht. Daarom wat rondgelopen drank ingeslagen en in de kroeg gezeten. De derde dag dus wel museum en de vierde dag zijn we met een veerbootje naar Dunen gevaren en dit rondgelopen. Hier zijn heel veel zeehonden zo mak als wat en daarom goed te fotograferen. Ze liggen verdeeld in kuddes met hun mannetje in het midden. Dunen is vrij plat en hier ligt het vliegveld op ook zijn er vakantiewoningen en het heeft een mooi strand. De invloed van de oorlog is op beide eilanden goed te zien er liggen nog restanten van pieren van wat in de tweede wereldoorlog een enorme haven had moeten worden. Natuurlijk is er nog veel meer te vertellen over Helgoland, maar zo kan het wel even.